Leerstijlen
Ik wil graag reflecteren op de bijdrage van Renee Teunissen en een aanvulling geven voor wat betreft de lerarenopleiding.
Leerstijlen
Behalve dat er in het voornoemde “cafetariamodel” per vak op het juiste niveau aangeboden wordt aan de leerlingen, is het ook goed te kijken naar de manier van aanbieden. Op de radio kun je geen tv kijken en zo is het met leerlingen ook. Als je auditief bent ingesteld kan instructie mondeling worden gegeven, als je visueel bent ingesteld vraagt dat om een andere zender dan spraak.
Vooropgesteld, er is wetenschappelijk niets bewezen, maar ieder die in het onderwijs werkt zal verschillende leerstijlen herkennen. Kolb heeft daar een mooi model voor ontwikkeld:
- Doener: actief experimenteren en concreet ervaren. Voorkeur voor situaties waarin ze zo snel mogelijk aan de slag kunnen. Ze leren het best wanneer er ruimte is voor oefenmomenten waarbij het leerproces vooral steunt op gissen en missen.
- Beschouwer: concreet ervaren en reflectief observeren. Voorkeur voor situaties waarin ze zelf kunnen meemaken hoe iets in de praktijk uitpakt. Ze hebben de neiging problemen van alle kanten te bekijken en zien steeds weer nieuwe ingangen en oplossingen. Beschouwers leren heel snel via identificatie.
- Denker: reflectief observeren en abstract conceptualiseren. Ze zijn het liefst bezig met het vertalen van observaties in hypothesen en theorieën. Ze kunnen goed redeneren en zijn graag intellectueel bezig. Ze werken graag zelfstandig om de gelegenheid te krijgen zelf eerst een beeld te vormen van de theorie.
- Beslisser: abstract conceptualiseren en actief experimenteren. Zij gaan het liefst theorieën uitproberen in de praktijk en in experimenten. Ze nemen initiatief en durven experimenteren. Bij het hanteren van een probleem gaan zij deductief en probleemoplossend te werk. Ze functioneren optimaal als zij een leertaak kunnen beginnen met kennisname van duidelijk en beknopt geformuleerde regels en principe, die zij dan in een oefensituatie kunnen verwerken.
Leerlingen ontwikkelen zich tijdens hun schoolloopbaan en er zal dus permanent opgelet moeten worden dat de leerling nog steeds op de juiste manier benaderd wordt.
Pabo-opleiding
Een ander aspect dat ik aan de orde wil stellen is de inhoud van de opleidingen tegenwoordig. Vroeger was niet alles beter, maar sommige dingen wel…
In de tijd dat de opleiding nog werd aangeduid met PA werden alle schoolvakken door vakdocenten gegeven. Die kwamen ook op je stages kijken om lessen te volgen, kritiseren en beoordelen. Behalve vakinhouden droegen zij ook hun kennis over vakdidactiek over. Tevens werd er lesgegeven in basale orthopedagogiek en historische pedagogie, zodat je afwijkende leerlingen kon herkennen en begreep waar bepaalde onderwijsinzichten en -ontwikkelingen op gebaseerd waren.
Geen van deze vakgebieden worden nog separaat aan de orde gesteld in de huidige opleiding. Orthopedagogie ook niet en dat maakt dat leraren niet meer in staat zijn om leerlingen zelf op het gebied van afwijking te herkennen. Dure specialisten van buiten moeten dan worden ingevlogen om dat te doen. Dat is een enorme verarming van het onderwijs. Zorg dat leraren beslagen ten ijs komen met een goed gevulde gereedschapskist! Daar varen leerlingen wel bij, maar de leraren en dus de scholen ook.
- Hans van Rheenen
Edited by Hans van Rheenen
- 2
1 Comment
Recommended Comments